dinsdag 9 april 2024
Door Mijn Heilige Kerk Zult Gij Genezen Als Gij In Heiligende Genade Leeft
Verschijning van de Koning der Barmhartigheid op 25 maart 2024 aan Manuela in Sievernich, Duitsland

Ik zie een groot gouden lichtbol die boven ons in de lucht zweeft en mooi licht dat vanuit de hemel naar ons komt. Twee kleinere lichten bolletjes begeleiden het grote gouden licht. Het grote gouden licht opent zich en de Koning der Barmhartigheid komt uit dit licht naar ons toe. Aangedaan met de robe en mantel van Zijn Kostbaar Bloed, een gouden koninklijke kroon en kort krullend bruin-zwart haar en blauwe ogen. In Zijn rechterhand draagt de hemelse Koning een goudene scepter en in Zijn linkerhand houdt Hij een leliebloem vast, zoals ik tot nu toe heb beschreven. Zijn hart is open met een vlam en een kruis boven op Zijn borst. Nu openen de twee kleinere lichten bolletjes zich en uit hen komen twee engelen in eenvoudige, stralende witte gewaden. Zij spreiden over ons de mantel van de Koning der Barmhartigheid uit. De goddelijke Koning spreekt:
"In naam des Vaders en des Zons - dat ben ik zelf - en des Heiligen Geests. Amen. Dierbare vrienden, hoe belangrijk is het dat gij heden ten dage berouw getoond hebt en voor vrede gebeden! Als mensen hun harten niet verharden en ze openen voor de liefde van de Eeuwig Vader, zou er vrede heersen. De geboden des Vaders zouden worden nageleefd en er zouden geen abortussen zijn. Hoe zult gij vrede bewaren als gij uw kinderen offert aan de geest der tijd?
Hij die bidt, zal een zegening zijn in deze tijd van bedrief. Zo kijk ik op Mijn Kerk, die Ik met al mijn hart liefhebben. Zo ben Ik volledig aanwezig in de sacramenten van Mijn Heilige Kerk. Ik leef in haar! Door Mijn Heilige Kerk zult gij genezen als gij in heiligende genade leeft en daarom vraag ik u zeer om het pad der bekeering te volgen, want dit is het pad van mijn liefde, mijn oneindige liefde. Kijk naar de Kerk; zij volgt Mij. In deze tijd van bedrief gaat ze in de Passie en op weg naar Golgotha. Ziet hoe groot de verwarring is in de wereld, net zoals toen met de mijnen eigen. Wie heeft de kracht en moed om me te bekennen, het Heilige Schrift te bekennen? Mijn volk werd toen door Satan verleid, raakte ontmoedigd en het is vandaag nog steeds hetzelfde. Daarom roep ik hen toe: Wees moedig, sta vast en vereenigt u in getrouw geloof, in de geloof van uw vaderlijke geloven!"
Nu zie ik het Heilige Schrift, de Vulgata, zweven voor de Koning der Barmhartigheid en Zijn hart brandt helemaal als Hij naar het Heilige Schrift (de Vulgata) kijkt. Zijn hart brandt van liefde. Het Heilige Schrift, de Vulgata, opent zich en de Koning der Barmhartigheid bidt de passage Johannes 17 uit het Heilige Schrift . (Eigen notitie: Ik ben spijtig dat ik de vreemde taal niet begrijp waarin de hemelse Koning bidt. De taal heeft veel keelklanken en is ofwel Hebreuws of Aramees). Hij kijkt naar ons allen en spreekt:
"Dierbare vrienden, Ik ben de Hoogpriester des Eeuwig Vaders; overweeg dit! Niemand kan tot den Vader komen dan door Mij! Dit is mijn hoogpriesterlijke gebed. Ik heb het voor de mijnen eigen gebeden. Zo zijt gij mijn vrienden en veilig in mijn liefde. Wees moedig en hebt geen angst! De Eeuwig Vader laat veel toe omdat het ter zuivering van u is. Weten dat gij leeft in een tijd van bedrief. Maar deze bedrief is ook een tijd van vreugde voor mijn volk, want Ik kom tot jullie en geef jullie mijn genade."
De Koning der Barmhartigheid spreekt met M. over de Oratorium van het Kostbaar Bloed:
"Het oratorium komt niet alleen uit mijn Hart; het komt uit mijn hele Hart en uit het bloed van mijn hart, uit mijn kostbaar bloed! Het is doorweekt met mijn kostbaar bloed. Er zijn plaatsen der genade die goede bomen zijn en goede bomen dragen goed vrucht. Maar ook zij worden getoetst."
Wat er ook gebeurt, blijf in mijn liefde! Vreug je dat ik tot jullie kom en deel aan mij!"
De Koning der Barmhartigheid neemt Zijn Scepter naar Zijn Hart en het vult zich met Zijn kostbaar bloed; het wordt de aspergil van Zijn kostbaar bloed. De hemelse koning besprenkelt ons en alle mensen die aan Hem denken:
"In de naam des Vaders, en des Zoons - dat ben ik - en der Heilige Geest. Amen. Vergeet niet, beste vrienden, zelfs wie het goede laten, moeten rekening houden met de Eeuwige Vader. Ik zeg het nog eens: Diabolos is zo sterk in jullie land omdat goed wordt weggelaten! Dus vreug ik me als jullie goed doen, als jullie berouwen, verzoening vragen en uitgaan in gebed! Luister naar mijn woord en laat het je harten doordringen. De tijd van berouwing is hier!"
De Koning der Barmhartigheid kijkt op de mensen.
M.: "Serviam!"
Nu knielen de twee engelen voor de Heer en buigen zich neer. De Koning der Barmhartigheid keert terug naar Zijn licht en roept afscheid met een "Tot ziens!"
M.: "Vaarwel, mijn Heere!"
De Heer wens ons het volgende gebed als afscheidsgroet:
"O mijn Jezus, vergeef ons onze zonden, red ons van de vuren der helle, leid alle zielen naar de hemel, vooral die er meest nood aan hebben van Uw barmhartigheid. Amen."
M.: "Tot ziens!"
De Heer verdwijnt in het licht en zo doen de twee engelen ook.
Dit bericht wordt bekendgemaakt zonder voorop te nemen aan het oordeel van de Rooms-Katholieke Kerk.
Copyright. ©
Voor het bericht, bekijk dan de Bijbelpassage Johannes 17! b>
Johannes 17
(Vertaling van de Douay-Rheims uit de Vulgata)
1 Deze dingen sprak Jezus, en hij hief zijn ogen op naar de hemel en zei: Vader, de uur is gekomen; verheerlijk je Zoon, opdat je Zoon jou mag verheerlijken.
2 Zoals gij hem macht hebt gegeven over al vlees, opdat hij aan allen die gij hem heeft gegeven eeuwige leven kan geven.
3 Dit is eeuwig leven: dat zij jou kennen, de enige ware God, en Jezus Christus, dien gij gezonden hebt.
4 Ik heb je verheerlijkt op aarde; het werk dat gij mij gegeven hebt om te doen, heb ik voltooid.
5 En nu verheerlijk jij me, o Vader, bij jezelf, met de glorie die ik had voor de wereld was, bij jou.
Gebed voor de Discipelen
6 Ik heb je naam geopenbaard aan de mensen die gij mij uit de wereld hebt gegeven; zij waren van u, en jullie hebben ze me gegeven; en zij hebben jouw woord bewaard.
7 Nu weten zij dat alles wat gij mij gegeven hebt, van u is:
8 Want de woorden die gij aan mij gegeven hebt, heb ik hen gegeven; en zij hebben ze ontvangen, en in werkelijkheid geweten dat ik van jou uitgegaan ben, en zij hebben gegloeid dat gij mij gezonden hebt.
9 Ik bid voor hen: niet voor de wereld, maar voor diegene wie gij aan mij gegeven hebt; want zij zijn van u:
10 En al mijn dingen zijn jouw en jouw is het mijn; en ik ben in hen verheerlijkt.
11 En nu ben ik niet meer in de wereld, maar zij zijn in de wereld, en ik kom naar u. Heilige Vader, bewaar hen in je naam die gij aan mij gegeven hebt; opdat zij één mogen zijn, zoals wij ook één zijn.
12 Terwijl ik bij hen was, heb ik ze in jouw naam bewaard. Diegene wie gij aan mij gegeven hebt, die heb ik bewaard; en geen van hen is verloren gegaan, behalve de zoon des verdoemens, opdat het schrift zou worden vervuld.
13 En nu kom ik naar u; en deze dingen spreek ik in de wereld, opdat zij mijn vreugde vol hebben die in hen is.
14 Ik heb hun jouw woord gegeven, en de wereld heeft ze gehaat omdat zij niet van de wereld zijn; zoals ook ik niet van de wereld ben.
15 Ik bid niet dat gij hen uit de wereld zou nemen, maar dat gij hen bewaart voor het kwaad.
16 Zij zijn niet van de wereld, zoals ook ik niet van de wereld ben.
17 Heilig zij ze in waarheid. Jouw woord is waarheid.
18 Zoals gij mij in de wereld hebt gezonden, zo heb ook ik hen in de wereld gezonden.
19 En voor hun zal ik myself heiligen, opdat zij ook geheiligd mogen zijn in waarheid.
Gebed voor alle Gelovigen
20 En niet alleen om hen bid ik, maar ook om hen die door hun woord in mij zullen geloven;
21 Dat zij allen één zijn, zoals gij, Vader, in mij en ik in u; dat zij ook één zijn in ons; opdat de wereld zal geloven dat gij mij hebt gezonden.
22 En de glorie die gij aan mij gegeven hebt, heb ik aan hen gegeven; dat zij één zijn, zoals wij ook één zijn:
Ik in hen en gij in mij; opdat zij volmaakt gemaakt zullen worden in één: en de wereld zal weten dat gij mij hebt gezonden, en heeft geliefd hen, zoals gij ook mij hebt geliefd.
Vader, ik wil dat waar Ik ben, zij ook die gij aan mij gegeven hebt met Mij zullen zijn; opdat zij mijn glorie zien die gij aan mij gegeven hebt, omdat gij Mij heb geliefd voor de schepping van de wereld.
Rechtvaardige Vader, de wereld heeft u niet gekend; maar Ik heb u gekend: en deze hebben geweten dat gij mij hebt gezonden.
En Ik heb uw naam aan hen bekend gemaakt, en zal het bekend maken; opdat de liefde waarmee gij Mij hebt geliefd, in hen zullen zijn, en Ik in hen.
Bronnen: